Leskaarten / Entreekaarten / Kranten knipsels & Tijdschriften [J.M. Lesterhuis]
Copyright © 2020 H. Swart - http://www.koosswart.com
[Klik op afbeelding voor vergroting]
Info "Uw volgende Zet"
ROMANTIEK VIERDE HOOGTIJ IN D'OOSTERPOORT
Gala bal voor
jubilerende
dansleraar
Info:
Uit het "Nieuwsblad van het Noorden"
10-12-1973
„Het was grandioos”. Joop Lesterhuis raakt niet uitgepraat over het galabal, dat zater--dagavond ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van zijn dansinstituut in het cultuur--centrum d'Oosterpoort in Groningen werd gehouden. De romantiek vierde hoogtij. Alle 1250 aanwezigen - allen leerlingen van Joop Lesterhuis - kwamen in avondkleding. Sommigen lieten zich per koets van en naar het cultuurcentrum vervoeren.
De Scarlet Pimpernels en het ensemble van Arie Ribbens zorgden voor non-stop mu--ziek. Voor de jubilaris was er ook een ge--schenk. De gezamenlijke leerlingen boden hem een stereoinstallatie aan. De hele entourage in het cultuurcentrum is de heer Lesterhuis zo goed bevallen, dat hij van plan is binnenkort weer een groot galabal te organiseren. .„We hebben na het wegvallen van de1 .Harmonie weer een goede zaal”, zegt hij.
Niet helemaal meer soepel in de benen, zwierden tweehonderd Groningse zestigplussers door „Das Haus der Tanzkunst” in het Noordduitse Leer. Opa van der Tuuk (82) werd gehuldigd als oudste deelnemer.
OPA
GING
NET
NIET
DOOR
DE
KNIEEN
Als dansleraar Joop Lesterhuis zijn 82-jarige protégé Pieter van der Tuuk niet tijdig had behoed voor een vreselijke val, zou het feest van de Nederlands-Duitse verbroede-ring in Das Haus der Tanzkunst in het Noordduitse Leer stellig dramatisch zijn geëindigd. Maar de 49- jarige en weldoor--voede dans-meester reageert flitsend als het parket de overigens verder nog soepel in de spieren stekende oude baas even te veel wordt. Lesterhuis weet de vergrijsde danseur tijdig bij de schouders te vatten en voorkomt aldus een dreigende slippartij.
Van der Tuuk krijgt het te kwaad met zijn evenwicht, kort nadat de handjes op elkaar gegaan zijn bij zijn huldiging als oudste deelnemer aan de Tanzwettkampf tussen tweehonderd Duitse zestigplus-sers en een evengroot aantal van Nederlandse bodem, uit Groningen.
De tweehonderd Groningers - de leeftijden van Lesterhuis' zestigplussersdansclubje liggen tussen de 53 en de 82 jaar - zijn 's middags aangevoerd in bus-sen, versterkt met een handjevol dans- lustig grut van 16 tot 20 jaar, een aantal belangstellende medecur-sisten en de vaste fotograaf, een morsig baasje, dat zijn postuur geweld heeft aangedaan met een kreukelige witte smoking.
Het feest begint 's middags op de Grote Markt in Groningen. De vier bussen en volgauto's met bestem-ming Leer zijn volgeplakt met stickers. De tekst erop biedt weinig variatie: Zestigplus Lesterhuis, wat alleen rijmt in het Groningse spraakgebruik, en Uw moeder leerde u lopen, Lesterhuis leerde u dansen. Het is rond de klok van half twee en de betrokkenen arriveren in kleine groepjes. De heren keurig in het pak, een enkeling in smoking, de dames in frisse toiletjes, hier en daar in lang gewaad, maar verder unaniem een recent kappersbezoek demonstrerend.
Hoewel de filmcamera vrijwelgeen seconde van zijn schouder wijkt - „Het is zo'n symbolisch plaatje met de Martinitoren op de achtergrond, niet?” - is dansleraar Lesterhuis (49) bereid het gebeuren nader toe te lichten. Welwillend legt hij uit dat zijn initiatief om tegen gereduceerd tarief danslessen te gaan geven aan bejaarden heeft geleid tot een golf van publiciteit, ook in de Duitse pers. Dat leidde er, aldus Lesterhuis, weer toe dat ook zijn collega en leider van het grootste dansinstituut in Noord-Duitsland, Hans Günther Schrock-Opitz, gestart is met een dergelijke cursus. Evenals in Groningen bleek in Duitsland de belangstelling groot, en daaruit werd de idee geboren, zo vertelt Lesterhuis met vuur, om de oudjes het eens tegen elkaar op te laten nemen.
Enige vertedering valt de Groningse dansmeester niet te ontzeggen als hij het heeft over hun enthousiasme. „U zult het straks met eigen ogen zien, maar als ze in vorm zijn, springen ze als konijnen over de vloer.” Over de gevaren voor de gezondheid, die voor vertegenwoordigers van een dergelijke leeftijdsgroep onverbrekelijk aan een dergelijk gedrag verbonden moeten zijn, laat Lesterhuis weten dat geen zestigplusser bij hem over de dansvloer komt zonder doktersattest. Het komt wel voor dat hij kandidaten om gezondheidsredenen moet weigeren. „Verder ben ik altijd uiterst bezorgd voor hen. Ik druk hun altijd op het hart: Onmiddellijk stoppen als u zich niet lekker voelt, wees maar niet verlegen.”
Nadat de spieren wat zijn losgemaakt, waarbij vooral de heer van der Tuuk zich kranig weert en vooral opvalt door zijn piepjonge partnerkeuze, laat Herr Schrock-Opitz een groepje tien jarigen optreden, die in aangepaste pakjes een beatdansje doen. Beide dans-meesters laten vervolgens nog even zien wat zij hun zestigplus- cursisten aan beatdansen hebben kunnen bijbrengen. En ook bij dit nummer is Van der Tuuk weer in de voorste gelederen te vinden met geolied heupwerk, maar in de benen nog wat stijfjes. Later zal hij desgevraagd nog vertellen de dansles nimmer met een vaste partner te beleven, maar altijd ter plaatse iets te regelen, waarbij hij natuurlijk ook weleens een blauwtje loopt, zo zegt hij.
Maar dan is het tijd voor serieuzere zaken. Er worden rugnummers uitgereikt en de eerste wedstrijdopgave is een foxtrot. Na dé eerste voorronde wordt Lesterhuis benaderd door een van zijn cursisten, een 70-jarige heer, die zich de zweetdruppels van het voorhoofd wissend wil weten waarom de Weense wals zo lang-zaam werd gespeeld. Lesterhuis: „Het was een Engel-se.”
Na nog enkele zenuwslopende voorronden, waarbij een van de Duitse deelnemers, die zijn spin- draai bij voorkeur tollend inzet, op het kantje af niet uit balans raakt, wat een roemloos einde tussen de tafeltjes zou hebben betekend, komen de Groningers goed geplaatst in de finale. Maar het zijn uiteindelijk toch de Duitsers, die de overwinning op de eerste twee fronten in de wacht slepen; ze behalen de eerste en tweede prijs. Kitty Sannes (61) heeft zich weten te verzekeren van een derde plaats, en de vierde prijs is voor Tanno Blaauw, een gesoigneerde heer van 68, en zijn vrouw. Terwijl Herr Schrock-Opitz warme worst laat aanrukken, zegt Tanno, nog licht nahijgend: „Dat die Duitsers hebben gewonnen, is geen kunst. Dat zat hem in de figuren. En mijn vrouw en ik - we dansen sinds ons vijfenveertigste - kennen die natuurlijk ook. Maar we hadden afgesproken dat we het rustig zouden houden ”
De dag is pas begonnen.
Het zal geen lange reis worden. Leer is slechts 71 kilometer van Groningen verwijderd. Het buitenland was nimmer zo dichtbij en de gesprekken gaan over geliefde vakantieplekjes. Al spoedig ontpopt de 53-jarige Menna de Vries, een blozend vrouwtje, dat zich voor de gelegenheid gestoken heeft in een hard-groene variant van een Tiroler pakje met Edel-weissmotieven en ondeugend uitgesneden decolleté, zich
tot absolute gangmaakster. Ze beweegt zich kirrend door het middenpad, hier en daar een grap plaatsend en en passant enkele van de mannelijke medecur-sisten in wang of arm knijpend. Als Menna op de lege plaats naast weduwnaar van der Tuuk neerploft, zet ze even een kort ariaatje in, maar gedurende de verdere reis blijkt Vader Abraham, eveneens onder leiding van Menna, de absolute topper.
Bij de Duitse grens bereikt de feestvreugde een climax als Menna onder de wervende klanken van Janus, Janus, pak me nog een keer in het looppad een walsje maakt met de verslaggever. Intussen maakt een heer voor in de bus gebruik van de controlestop om zijn prothese te reinigen en het kennelijk te ruime hulpstuk met hulp van een stukje papier weer passend in de mond te brengen.
Das Haus der Tanzkunst in Leer blijkt een goed geoutilleerd pand, met een ruime dansvloer, waar ruim driehonderd personen op terecht kunnen. De heren Schrock-Opitz, en Lesterhuis wisselen elkaar bij de welkomstformules af voor de microfoon en het gezel-schap - de Nederlandse zestigplussers worden strate-gisch tussen hun Duitse leeftijdgenoten geplaatst - krijgt thee met gebak geserveerd, die echter al spoedig wordt gevolgd door iets sterkers. De stemming stijgt, maar alvorens het bandje, vier muzikanten in gouden glitterjasjes, de eerste maten inzet voor een foxtrot, moet mevrouw Schrock-Opitz, een slankgeheupte blondine, als gevolg van een organisatiefout tot twee-maal toe de dansvloer oversteken om huldeblijken van Lesterhuis' Groningse stal in ontvangst te nemen. Ook de koek ontbreekt niet.
PANORAMA
Nr. 8 - 61
TEKST: PETER NIEHORSTER FOTO'S: TED DOBSON
Entreekaarten galabals