Copyright © 2017 H. Swart - http://www.koosswart.com
Zoals het vroeger was....
Foto's en verhalen uit "Het Nieuwsblad" van 1959 & 1960
[In de volksmond "Het Bokkeblad"]
Pagina 18 van 26
De plaats, die op bovenstaande foto wordt afge- beeld staat op het ogenblik weer volop in de belangstelling. Dat staat zij trouwens iedere dag. Maar zo met de Paasdagen in het vooruitzicht is de intensiviteit nog iets sterker. Er gaan met Paasvakantie, er komen met Paasverlof. Er wordt afscheid genomen en welkom geheten. Al mist men de klok aan het grote gebouw aan de rech- terzijde, iedere inwoner uit Hoogezand—Sappe- meer en ook velen daarbuiten zullen het station herkennen.
Het gebouw heeft zijn functie behouden. Dage- lijks stoppen er treinen en vertrekken. Een paar minuten over het hele uur naar Groningen, on- geveer een kwartier voor het hele uur naar Win- schoten of Nieuwe Schans Er lopen nog een paar extra treinen tussendoor en sinds vorig jaar ook de trein naar Bremen. Er worden mensen aangevoerd en afgevoerd.
De foto hierboven is misschien al een halve eeuw geleden genomen en anders niet veel jaren min- der of meer. Ook toen kwamen er reizigers aan of vertrokken van station Hoogezand naar verder gelegen oorden.
Er waren toen nog geen DAM-bussen of GADO- bussen, die de bewoners vai Slochteren, Kolham, Noordbroek of andere plaatsen uit de omgeving aanvoerden. Er waren ook geen auto’s, die fami- lie tot aan het station brachten om vandaar de lange reis te beginnen.
Dat is trouwens wel duidelijk uit de foto op te maken. Achter de groep mannen staan een brik en een barauchette, zoals we van mensen verna- men, die in het vak hebben gezeten en in mo- dernere vorm nog in het vak zitten. Die twee rijtuigen hebben meegeholpen om de reizigers te bestemder plaatse te brengen.
Ook toen kwamen er al verschillende mensen uit Slochteren en de andere plaatsen naar Hooge- zand. Zo op de foto lijkt het bij het station een plaats, waar flink handel werd gedreven. Twee rijen vaten liggen links op de foto. Misschien lagen ze er al een hele nacht en een dag of lan- ger of korter. In ieder geval werden de vaten niet in het gebouw links opgeslagen. Het waren vaten met snijbonen, die per trein moesten worden afgevoerd of misschien wel door karren op- gehaald om dichter bij huis te worden verkocht. Ja, dat gebouw links staat er nog. Het is echter wel heel anders geworden en ook de functie is niet geheel dezelfde gebleven, Het was zo’n vijftig jaar geleden hotel en stalhouderij, thans is het De Regenboog. Er is nu een etage opgekomen, Er zijn verschillende grotere en kleinere zalen.
Neem bijvoorbeeld die grote deur links. Er zit nu een groot raam en er achter een vergaderruimte. In de tijd van de foto kon men door die grote deur naar binnen of naar buiten. Aan de andere kant van het gebouw was een zelfde grote deur en daar kon men er uit of er in. We bedoelen hiermee, dat het een doorrit was voor de rijtuigen,
De kleine deur links achter de boom is waar- schijnlijk wel de deur, die toegang gaf tot de
paardenstal. Naast de rijtuigen ziet men dan nog twee figuurtjes bij een handkar. Er was een man op het station, misschien wel de man met kiel of jak, die met zijn ene been achter de hond staat. Deze man bracht met de handkar de koffers van reizigers van het station naar de andere kant. Behalve stalhouderij was het ook een hotel. Niet zo groot, want er waren maar een paar hotelkamers en zeker niet van die kamers, welke men thans in een hotel verlangt.
De hotelhouder, Jan van Biessum, had echter wel belang bij hotelgasten en de man met de kar was zo’n beetje acquisiteur voor hem. Onder die gasten waren meer dan eens paarden. Zij ston- den natuurlijk in de stal. Zoals men wel begre- pen heeft, waren mensen uit de omgeving van Hoo gezand—Sappemeer voor grote reizen op het station Hoo gezand aangewezen. Zij kwamen dan met paard en rijtuig naar Van Biessum en stalden daar paard en rijtuig. Zij kwamen niet altijd dezelfde dag terug, maar bleven meer dagen weg. De spoorwegen reden toen nog niet zo snel. De blauwe engel was er nog niet.
Een stalhouderij voorzag toentertijd in een grote behoefte en ook van het hotel werd dikwijls ge- bruik gemaakt. Zoals we reeds zeiden, leek het station in die tijd meer op een handelscentrum dan tegenwoordig. Er kwamen verschillende mensen aan om in Hoogezand—Sappemeer en omgeving handel te drijven. Tegenwoordig ook nog wel, maar men bemerkt het niet. Een grote tas is voldoende om monsters te laten zien en de artikelen later per auto of trein te laten aanvoe- ren. Maar men moet dan wat verder zijn om die goederen af te halen.
In de koffers, die zo’n vijftig jaar geleden van het station afkwamen, zat dikwijls textiel. De koopman legde dan beslag op een wagen met een laadbak. Achterin gingen de koffers en de voerman met de reiziger nam plaats op de bok met een afdakje. Men zou het nu een soort open cabine noemen. Soms bij strenge koude moest de stalhouder of diens zoon met de reiziger erop uit naar Noordbroek, Slochteren of elders.
Over de personen op de foto hebben we nog niet gesproken. We weten niet of Jan van Biessum of een van zijn familieleden, want er waren ver- schillende Van Biessum’s, de een als groenten- exporteur, de ander als sigarenhandelaar, op de foto staat. Er zullen zeker bekende personen op staan, maar de foto is te vaag om hen te onder- scheiden. De man met hoed op de voorgrond, met een snor en bovendien een pak onder de arm zou een zekere Van Delft zijn, die hier kwam om parapluies te verkopen.
Deze foto geeft trouwens het idee, dat men een vijftig jaar geleden ook al kunststukjes uithaal- den m t de fotografie. We zien boven de bomen- rij van de Stationsweg een ronde lichte vlek. Het kan haast niet anders of het is de zon en waar- schijnlijk is die licht verhuld achter wolken- banken of nevel. Zo’n vage zon is niet veranderd, het station ook vrijwel niet, maar hotel Van Bies- sum onderging een grondige verandering.